De voeding van je tuin is de composthoop. Eigenlijk zouden alle tuinierders met hun composthoop moeten beginnen. Compost is het begin en het einde van je tuin. Het vormt de voeding aan het begin én de afvoer aan het einde van kringloop.
Voor elke tuinierder die permacultuur als inspiratiebron heeft, is de composthoop onontbeerlijk. Het nemen en geven van het land, dat is de centrale gedachte achter de composthoop. In het boek Een kleine eetbare tuin met vaste planten van Madelon Oostwoud gaat ze ook diep in op het maken en verwerken van compost. In een vlogje over het boek, vertelt ze dat ze eigenlijk meer over compost had moeten schrijven. Daar draait het om in de tuin: het is het zwarte goud.

Planten zonder compost
Wij zijn al lang en breed aan onze tuin begonnen. Veel planten gepland, eigenlijk alles zonder compost gepland. Maar we merken dat een composthoop toch echt wel moet. De enorme hoeveelheid stengels die we afgelopen winter van het land oogstten, hebben we verspreid over de grond. Een deel lag bij elkaar. Daarbij kwam er meer en meer een hoop met organisch afval.
Er is ontzettend veel geschreven over compost. Ik heb maar meteen wat boeken uit de bibliotheek gehaald. Een autoriteit op dit gebied is Roelke Posthumus. Een prachtige achternaam, want uiteindelijk mondt compost uit in vruchtbare humus. Het gaat om bodemleven en het nut van wormen in de bodem.
Leven dankzij wormen
Maken we ons zorgen over de bijen, het echte leven op aarde hebben we te danken aan de worm. Veel landbouwgrond heeft door de monocultuur en intensieve bewerking van de akkerbouwers steeds minder bodemleven.
We merkten het toen we hier in Oosterwold kwamen wonen. Tegelijkertijd staan we versteld van de verrijking van het bodemleven in minder dan een jaar tijd. Stop een spade in de grond en je ziet de wormen omhoog krioelen.

Dor en droog
Alleen ons nood-composthoopje bleef wel erg dor en droog. Daarom hebben we het nu wat serieuzer aangepakt. Na het lezen van de boeken van Roelke Posthumus, ben ik aan de knutsel gegaan. 4 palen in de grond geslagen en plankjes ertussen. De bodem onder de composthoop een beetje losgewoeld en er een droge onderlaag van de winteroogst aan gedroogde stengels neergelegd. Daarna de rest erop.
Bij het opschudden meenden we al een paar tijgerwormen te zien. De tijgerworm is dé worm om compost te maken. Hij is iets kleiner en dunner dan de regenworm. De tijgerworm verteert voedsel en vermeerdert zich snel. Het ideale huisdier en in de toekomst willen we ze zeker gebruiken voor ons wormenhotel. De emmers zijn al gehaald, maar eerst een goede composthoop.
Keukenafval
Voorlopig brengen we dus een deel van het keukenafval erheen. Niet alles kan op de composthoop. Sinasappelschillen en bananenschillen verteren niet zo snel in het Nederlandse klimaat. Over theezakjes heerst discussie vanwege het plastic dat er vaak in verwerkt is. Net als gekookt voedsel, vlees, vet en botten. Dat is namelijk meer iets voor de professionele composteerder.

Sinds de echte composthoop staat, werken we hard aan het stimuleren van de natuur om het groenafval tot nuttige om te vormen. Roelke Posthumus verklapt in haar boek het geheim om een composthoop echt tot een succes te maken. Ze noemt het vloeibaar goud en vooral het vloeibare ochtendgoud is heel goed. Zodoende loop ik elke morgen met een emmertje naar de composthoop.
Maar aan niemand vertellen hoor. Je zou mij eens zien daar met dat emmertje. Wat zou je niet denken…
Reacties
Een reactie posten